Brandberg en de weg naar Kamanjab
Blijf op de hoogte en volg Rob
03 September 2015 | Namibië, Kamanjab
Zondagavond zijn we nog in Swakopmund wezen eten. Aangezien deze plaats volledig Duits georiënteerd is kon ik het niet laten om een Wiener schnitzel te nemen. Maandag morgen zijn we vertrokken voor onze reis naar Brandberg in Damaraland, het gebied van de woestijnolifant en de White Lady. De White Lady is een rotsschildering van 2000 tot 2500 jaar oud. Vanuit Swakopmund rijden we een tijd langs de kust naar het noorden. Lange tijd zien we eindeloze vlakke zandvlakten waar niets groeit. Na enige tijd komen we bij Cape cross, een plaats aan de kust met de grootste zeehonden kolonie van Afrika. In de broedtijd leven hier zo'n 200.000 zeehonden op een kluitje. De zeehonden klimmen en kruipen over elkaar heen en maken een flink kabaal wat klinkt als een stel schapen. Overal zitten er zeehonden en ook in zee zie je alleen maar kleine Zeehondkopjes en flappers boven het water uitsteken. Na de zeehonden rijden we een klein stukje terug om vervolgens landinwaarts richting Brandberg te rijden. Langzamerhand wordt de woestijn wat gevarieerder en groeit er ook wat. Hoe dichter we bij Brandberg komen zien we langs de weg ook af en toe houten hutjes waar mensen in wonen. Rond 3 uur arriveren we bij onze lodge en gaan we naar onze chalet, een hutje in de woestijn. Doordat dit gebied zo verlaten en droog is is het ook een beetje behelpen. In ons hutje is er alleen stroom voor een enkel lampje zodat opladen van telefoon e.d. Niet gaat. Ook internet is natuurlijk uit de boze. Dinsdag morgen gaan we op Olifant safari om te kijken of we de woestijn olifant kunnen vinden. Tijdens het ontbijt worden we verrast door een stokstaartje die de lodge binnen kwam lopen en zich op zijn gemak in de zon ging zitten opwarmen. Na het ontbijt is het tijd voor de safari helaas voor ons is de truck die ons moet meenemen gisteravond in de buurt vast komen te zitten waardoor dit niet door kan gaan. Omdat we zelf een vier wiel drive hebben wordt ons als optie aangeboden dat er een gids met ons mee gaat in onze auto en dat we zelf rijden. Zo gezegd zo gedaan, kan ik eindelijk zelf echt een beetje crossen over rotsen en door het diepe zand. Na een rit door de droge rivierbedding komen we tenslotte een groep van een stuk of 10 olifanten tegen. Op ons gemak hebben we ze kunnen bekijken en natuurlijk veel foto's gemaakt. Omdat er toch geen ander wild in de buurt is konden we ook gewoon de auto uit om ze te bekijken. Na terugkeer in de lodge zijn we direct doorgereden naar de Brandberg waar we met een gids een wandeling hebben gemaakt naar de rotstekeningen van de White Lady. Na een klein uurtje zijn we bij de rotstekeningen. Bijzonder dat deze tekeningen er dus al duizenden jaren zitten. Woensdagmorgen zijn we vertrokken voor een niet al te lange rit naar Kamanjab, net even ten zuiden van Etosha. Onderweg proberen diverse mensen ons te bewegen om te stoppen om iets van hen te kopen. Wat ook erg opvalt dat onderweg heel veel mensen naar water vragen. Hieruit blijkt wel dat het hier erg droog is. We hebben hier niet op gerekend en hebben dus alleen voor ons zelf water bij ons. Een meisje is toch de gelukkige en krijgt een van onze waterflessen. We merken inmiddels dat we het binnenland in rijden want de temperaturen lopen inmiddels flink op en hierdoor is het erg heet. Na onderweg nog even wat inkopen gedaan te hebben bij de enige supermarkt onderweg zijn we al vroeg in de middag op onze nieuwe bestemming, Rustig Toko Lodge. We hebben een werkelijk prachtige bungalow, een grote kamer en een even groot terras waarvan we uitkijken over de savanne. 'S middags om 4 uur zijn we nog met een gids van de lodge naar een Himba dorp geweest dat vlak bij de lodge ligt. Het was wel heel bijzonder om te zien hoe deze mensen leven in hun hutjes met All geiten en kippen erom heen. De vrouwen van de Himba's wassen zich nooit met water maar doen dit door hun huid en haren met rode klei in te smeren. 'S avonds na het eten zijn we ook nog met een avond safari meegeweest om nacht dieren te spotten. De meeste dieren waren vrij schuw zodat we deze alleen van afstand konden zien. De enigen die zich echt van dichtbij lieten bekijken waren een loopvogel en de aardwolf.